Oisterwijkse vennen dl 1


Texel


Naar deze geomorfologische kaart zal in het onderstaande enkele keren verwezen worden.

> Lees meer

Oisterwijkse vennen dl 1

21 december 2009

Voor Grondboor & Hamer, het blad van de Nederlandse Geologische Vereniging, jaargang 63 nr 6, heb ik nogal wat bezoeken aan Noord Brabant gebracht om de aardkundige excursiepunten, die in dit mooie nummer worden beschreven en uitgebeeld, te verkennen.




Op de omslag Jan van Mourik met leden van de NGV op 9 mei 2009 bij de Wijstgronden in Uden

Bovendien heb ik zelf, samen met Jan & Els Weertz, het artikel over de Kampina en de aangrenzende Oisterwijkse Bossen en Vennen voor deze special geschreven. Tijdens werkbezoeken maak ik dan honderden fotoos, waarvan er hooguit 10 gebruikt worden voor het gehele gebied. Dan is het wel aardig om op deze site nog eens enkele vennen wat meer in het zonnetje te zetten.

We starten hier bij het Van Esschenven. Dit ven loopt van de linkerzijde van de luchtfoto in noordoostelijke richting naar het centrum van de foto.




Links tot midden op de foto het Van Esschenven

Dit is een ansichtkaart uit 1908. De volgende foto lijkt het zelfde plekje uit te beelden in 2009. De oude kaart laat zien dat het vennetje aan het verlanden is. Vijf jaar later, in 1913, is dit ven overigens aangekocht door Natuurmonumenten.

In 1995 is het ven uitgebaggerd door de Vereniging Natuurmonumenten in een poging om de waarden van de levende natuur te vergroten.




Het Van Esschenven op een ansichtkaart uit 1908

Deze foto heb ik genomen vanaf de Van Tienhoven bank. Die staat wat hoger langs het zuidwesten van het ven. Je krijgt hiervandaan een prima indruk van de karakteristieke langgerekte vorm van dit ven.
Als je het hele decor vergelijkt met die van de bovenstaande ansichtkaart, dan krijg je wel de indruk dat dit dezelfde plek 101 jaar later is.




Waarschijnlijk dezelfde lokatie als op de bovenstaande ansichtkaart uit 1908

Hier staan we bij de doorgang vlak voor het westelijke uiteinde van het ven. Typisch een plek die verland zou zijn, maar door de schoonmaakactiviteiten kun je zelfs het witte zand op de bodem nog zien.




Wit zand op de bodem van het ven

Op deze afbeelding van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) verloopt de hoogte van blauw (laag), via groen en geel naar bruinroodachtig (hoog).

Het ven blijkt gelegen in een langgerekte uitgeblazen laagte tussen dekzandruggen, die in het Laatglaciaal (vanaf 30.000 tot 11.500 voor heden)in de laatste ijstijd (Weichselien) door westenwinden gevormd zijn. Veelal is later ook tijdens het Holoceen nog wat dekzand opnieuw verstoven, want op de dekzandruggen zie je aan het oppervlak soms wat opgestoven stuifzand zonder noemenswaard podzolprofiel.
De hoogtekaart toont op meerdere plaatsen langs het ven een smalle hogere rug. Net als bij de andere vennen (zie bijvoorbeeld het net ten zuiden van het Van Esschenven gelegen Witven) zijn aan de oostzijde van het ven, overeenkomstig de overheersende windrichting, de hoogst opgewaaide zanden (ruggen en duinen) te vinden.




Hoogtebeeld van het Van Esschenven (boven) en Witven (onder)

De opgaande begroeiing in de Oisterwijkse Bossen en Vennen maken het zomers moeilijk om een goed overzicht van het reliëf te krijgen. Op deze plek is wel duidelijk dat langs de noordzijde een rug langs het ven ligt, zoals ook goed te zien is op de eerder afgebeelde hoogtekaart.




Zicht richting de hogere rug langs de noordzijde van het Van Eschenven

Zicht, vanaf de hogere duinen aan het zuidoostelijke einde van het ven, op het lager gelegen ven. Het zou mooi zijn om hier nog eens in de winter wat duidelijker opnamen van het relief te maken.




Zicht vanaf een hogere duin in het ZO op het Van Esschenven

Bronnen:

Afbeeldingen:
BOHO-team.
Luchtfoto en AHN kaart: Provincie Noord-Brabant


Literatuur:
Hoogendoorn, W., Weertz, J&E. 2009 Kampina & Oisterwijkse Bossen en Vennen. Grondboor & Hamer jrg 63, 2009 nr 6, p 167 tm 172
Hoogendoorn, W., Zwerfsteneneiland Maarn en andere aardkundige monumenten. KNNV Uitgeverij 2006
Lezing 11 van de Stichting Vrienden van het Zwerfsteneneiland


De Grebbeberg


In 1995, het Europees Natuurbeschermingsjaar, werden veel projecten op het gebied van natuur en landschap uitgevoerd. Een heel bijzonder initiatief werd genomen door de provincie Utrecht. Zij stelde de niet-levende natuur centraal met haar idee om een landelijk netwerk te ontwikkelen van Aardkundige Monumenten. Uiteraard werd daarbij begonnen in de provincie Utrecht. Als eerste aardkundig monument werd door gedeputeerde Staten de zuidflank van de Grebbeberg benoemd.

De Grebbeberg is de zuidelijke punt van een tientallen meters hoge stuwwalrug, die in een boog van Amersfoort naar Rhenen loopt.. Deze stuwwal is zon 150.000 jaar geleden gevormd door honderden meters dik landijs dat langzaam van Scandinavië naar Nederland "stroomde". Ooit liep de stuwwal nog verder naar het zuiden om vervolgens weer naar het noorden om te buigen en aan te sluiten op de stuwwal van Ede - Wageningen.

Door het woeste water van de Rijn werd de zuidelijke punt van de stuwwalboog langzamerhand weggeslagen en naar zee getransporteerd. Wat overbleef was een zeer steile helling voor Nederlandse begrippen. We denken immers vaak dat Nederland zo plat is als een pannenkoek. Via een bielzen trap kunnen we de steile helling beklimmen en bij goed weer boven van een prachtig uitzicht over het rivierengebied genieten.

> Lees meer